Samenvatting
Dresden is sterk in opkomst en de omgeving is prachtig. Vooral de Elbevallei, een streek van kastelen en paleizen, ingeschreven in de UNESCO werelderfgoedlijst. De tocht begint in wijnstad Meißen met een verhaal over twee geniale ontdekkingen, beide gedaan in de Albrechtsburg: het porselein en het ribloze gewelf. De verkenning eindigt rond Kerst bij het drielandenpunt met een nog wonderlijker verhaal over het Zittauer Vastendoek. Onderweg doen we het ommuurde Bautzen aan, ontmoeten kunstenaar Franz Gruß en zijn dinosauriërs en maken dagwandelingen in nationaal park Sächsische Schweiz.
"De Ironie van de Geschiedenis" is een anekdotische en vaak humoristische terugblik op het verleden, verweven met het hedendaagse Sachsen.
Fragmenten uit het artikel
Weer zat Johann Friedrich Böttger opgesloten. Alleen nu niet in een kerker, maar in één van de mooiste kastelen van Europa: de Albrechtsburg boven de Elbe bij Meißen.
Tekst & fotografie: Paul Smit
Tegen August der Starke, koning van Sachsen, had de meester-alchemist gepocht dat hij goud kon maken. “Ga dan maar gelijk aan de slag,” had August gezegd en hem alle instrumenten verschaft die hij nodig had ... en een kerker als laboratorium. Eenzame opsluiting leek August de veiligste optie; in geen geval mocht de alchemist zijn werkwijze kunnen verklappen. Böttger (1682-1719) faalde keer op keer, maar tijdens één van zijn experimenten ontstond porselein, dat destijds alleen uit China bekend was. Een gelukkig toeval, want porseleinen voorwerpen vormden gewilde verzamelobjecten aan de Europese hoven. Böttger had wel degelijk een goudmijn aangeboord, realiseerde August zich. En dus liet hij hem niet vrij maar bracht hem onder in een leegstaande burcht van zijn voorouders, de Albrechtsburg, waar hij hem een porseleinfabriek liet inrichten. >>>
“Hoe zal Dresden eruitzien nu de Frauenkirche af is?” vraag ik me af. Sinds de Wiedervereinigung ben ik er niet meer geweest. Al in DDR-tijden verbaasde de stad me. Het trotse Florence aan de Elbe, vergaan in de vuurstorm van geallieerde bombardementen, was alweer flink uit de as herrezen. Het barokke silhouet langs de rivieroevers was terug, in de Semperopera klonk weer muziek en in het Zwinger, lusthof van August der Starke, wandelden toeristen alsof ze dat onafgebroken hadden gedaan.
Blank als de Taj Mahal
Na de rit van Meissen naar Dresden, met zicht op de wijnheuvels aan de overkant van de Elbe, worden we getroffen door de kolossale, sierlijke koepel van de Frauenkirche midden in het stadsbeeld. Niet donkerbruin van de luchtvervuiling, zoals voor de oorlog, maar blank als de Taj Mahal.
IJl en blank als een fata morgana rijst de herbouwde Frauenkirche, links in beeld, achter de Elbe omhoog.
Het DDR-regime had besloten de kolossale stenenberg van de ingestorte Frauenkirche te laten liggen als herinnering aan de oorlog. Met de omwenteling besloot men alsnog tot de wederopbouw van deze misschien wel mooiste barokkerk van Europa. In oktober 2005 werd zij ingewijd, op tijd voor Dresdens 800-jarig bestaansfeest het jaar daarop.
In ‘93 begon het karwei, met verbazingwekkende Gründlichkeit. Van elke steen werd bepaald waar en hoe hij zich ooit in het bouwwerk bevond. Met behulp van digitale camera’s, 3D-software en computers kostte dit zes uur per steen. Daarna was slechts 22.000 kubieke meter puin gecatalogiseerd en ondergebracht in kolossale metalen rekken, die lange tijd boven de herrijzende kerk uitstaken. Voor de financiering van het project ging men al even Duitsdegelijk te werk: wie wilde kon een steen kopen en deze aan de Frauenkirche schenken. Gaf je steen EVR 71 (toren E, voorzijde rechts, steenlaag 71) dan werd je naam achter die steen ingeschreven in het Gouden Boek. >>>
<<< Dresdens recente metamorfose valt het meest op in Neustadt. Voorheen vormde het de meest verwaarloosde buurt, want de DDR kon er geen prestige mee behalen zoals met de barokke monumenten aan de overkant van de Elbe. Geen huis werd opgeknapt, de bewoners moesten naar hoogbouwwijken buiten de stad verhuizen en uiteindelijk zou de gemeente de wijk platbulldozeren om nieuwbouw te plegen. En dat terwijl het om de enige oude wijk ging die aan de bommen was ontkomen! Gelukkig ontbrak steeds het geld voor de afbraak en bezetten krakers de leegstaande panden, om ze zo lang mogelijk voor instorten te behoeden. Na de Wende was het deze kleurrijke bevolkingsgroep die de motor vormde achter de metamorfose van de buurt. Chique en hip werden de straten dichtbij de rivier, met winkeltjes vol dingen die het leven aangenamer maken. Daarachter, rond de Alaunstraße, ligt een wijkje vol bruine café’s en trendy bars dat de Amsterdamse Jordaan naar de kroon steekt. Dezelfde piepkleine, wonderlijke winkeltjes, het zomerse leven op straat en vooral de ongeremde creativiteit.
Nationaal park Sächsische Schweiz
<<< Eromheen lig een vriendelijk landschap, waarin merkwaardige tafelbergen zoals de Lilienstein en de Königstein overheersen. Daartussendoor slingert in fraaie bogen de Elbe. Als je de ranke populieren aanziet voor cypressen doet het Elbsandsteingebirge, zoals Dresdens achtertuin heet, aan Toscane denken. >>>
<<< Je komt het gebied dan ook wel in maar nooit meer uit. Tenzij je gewapend bent met een kaart of een wandelgidsje. Dan ontpopt het labyrint zich als een wandelparadijs, beschermd voor toekomstige generaties, want het gaat hier om nationaal park Sächsische Schweiz. >>>
<<< Wie minder goed ter been is krijgt in de Bastei, waar de natuur zowel het ‘kasteel’ - pal boven de Elbe! - als het doolhof erachter heeft geschapen, de beste indruk van dit gebied. De mens heeft bruggen en leuningen toegevoegd. Een andere must is de Pravcická poort (Prebischtor in Duits) net over Tsjechische grens, de grootste rotsboog van Midden-Europa. Het kan echter nog imposanter, maar dan moet je niet opzien tegen metalen laddertjes: de Schrammsteine bij Bad Schandau. Tussen kolossale rotsnaalden met overrompelende uitzichten waan je je diep in de oertijd. >>>
De dino's van Franz Gruß
Waarschijnlijk heeft Franz Gruß hier in zijn jeugd rondgedoold. Waar haalde hij anders de inspiratie vandaan om, op een dag in 1978, een dinosauriër in zijn achtertuin te bouwen? Op ware grootte en griezelig levensecht! Het bleef niet bij één en onze route voert langs zijn werk in Sebnitz, Großwelka en Kleinwelka.
Het levensverhaal van Franz Gruß doet aan dat van postbode Cheval in de Franse Drôme denken. Die had een prachtige steen gevonden: het begin van een fantasiebouwwerk, zo besloot hij. Het resulteerde in een formidabel sprookjespaleis, dat momenteel honderdduizenden bezoekers trekt. Ook Gruß kon na zijn eerste sculptuur niet meer stoppen en in 1981 raakte zijn tuin vol. Gul stelde zijn gemeente een bos met meren ter beschikking, grenzend aan zijn tuin. Nu kon Gruß zijn reuzen in een natuurlijke omgeving plaatsen, in realistische situaties. Hij gaf zijn baan op en wijdde zich volledig aan het herscheppen van de oertijd. Zo ontstond achter het IJzeren Gordijn een dinosauriërpark dat zijn weerga niet kende, terwijl in Amerika en West-Europa de dino-rage nog moest beginnen. >>>
<<< Geen dino’s meer - hij wilde zichzelf niet herhalen - maar uitgestorven zoogdieren. >>>
<<< Het sneeuwt zachtjes als we Bautzen verlaten, wat de omringende Oberlausitz nog lieflijker maakt. Het ene na het andere vakwerkdorp volgt, met verlichte sparrebomen in de tuinen. Als de wereld helemaal wit is bereiken we Jonsdorf in het Zittauer Gebirge. Vakwerkhotel, Glühwein in de houtbetimmerde Lausitzer Stube - het kerstgevoel nestelt zich in ons hart.
Na een heerlijke sneeuwwandeling voltooien we de volgende dag onze scenic drive naar Zittau, stad op het drielandenpunt Duitsland/Polen/Tsjechië. Kinderen juichen in de draaimolen op de kerstmarkt. Kling glöckchen klingelingeling uit de luidsprekers. Tijd voor wat kerstbezinning. We stappen de beroemdste kerk van Zittau binnen. Niet om zijn formaat, dat zeer bescheiden is, maar om zijn Fastentuch. Zo’n doek omhulde in de Middeleeuwen tijdens de vastentijd het altaar, het heiligste, om zo de gelovigen ook in geestelijke zin te laten vasten. Uiteindelijk kregen ze gigantische afmetingen en schermden het complete kerkkoor af met een heus stripverhaal. Slechts een handvol heeft de geschiedenis overleefd. De mooiste en grootste is die van Zittau.
Sauna tent
“Toen Berlijn gevallen was hingen er nog wat restjes Russische troepen in deze streek rond. Straatarme jongens uit Siberië en Kazachstan, dolblij dat de oorlog over was. Bij toeval vonden ze het doek en daar zij geen besef van ouderdom en de waarde daarvan hadden maakten ze er een saunatent van. >>>
<<< Verbijsterd bekijken we het doek met andere ogen. Realiseren ons de bizarre, barbaarse kunstschennis. Horen de lachende soldaten, voelen de spetters van hun geplons, ervaren de vreugde na jaren van vreugdeloze strijd. Wie beweert dat geschiedenis saai is en kunst niets dan dode dingen heeft het mis. Het gaat erom wat die vlasvezels van dat doek hebben meegemaakt. De ironie van de menselijke geschiedenis.
Het hotel
Maria Löcken-Hierl is in Bautzen geboren maar opgegroeid in West-Duitsland. Daardoor begrijpt ze beter dan de meeste Bautzenaren wat moderne toeristen willen. Dus als ze zich in ‘95 met haar Manfred uit het stressige zakenleven terugtrekt om in haar geboortestad een droom te verwezenlijken hanteert ze bij restauratie en inrichting van de oude leerlooierij aan de Spree precies de juiste touch. De tuin achter het barokke pand is een oase en in de Frans-Italiaans georiënteerde keuken vormt gezondheid de drijfveer. Het is hun herwonnen levensvreugde waar de complete Alte Gerberei mee doordrongen is. >>>
|
Het restaurant
Bij binnenkomst krijg je zout en brood aangeboden, een Slavisch welkomstgebruik. Restaurant Wjelbik in hartje Bautzen, gerund door Veronika Mahling in klederdracht, is dan ook een Sorbisch restaurant. Verwacht hier geen verfijnd-westerse gezondheidskeuken, eerder stevige maar lekkere Slavische kost. De inrichting toont wat in DDR-tijden het summum van klasse gevonden werd en heeft dus pure nostalgiewaarde, zonder dat de eigenaresse zich daarvan bewust is. >>>
|
Het uitzicht: burcht Königstein
Königstein, de burcht van Sachsen, gold als onneembaar en is daadwerkelijk nooit gevallen. Een bezoek doet begrijpen waarom een potentiële belegeraar dat wel uit zijn hoofd liet. Maar er is een tweede reden om deze tafelberg te beklimmen: het formidabele uitzicht op de Elbe en het Elbsandsteingebirge. >>>
|
Het dorp: Obercunnersdorf
De Oberlausitz tussen Bautzen en Zittau telt veel mooie vakwerkdorpen, maar niet één haalt het bij Obercunnersdorf. Daarbij gaat het om een uniek type vakwerkhuizen, de Umgebindehäuser. Daarin is de Slavische blokhut en het Germaanse vakwerk samengevoegd zonder echt te versmelten. >>>
|
Mogelijke streamers
Stad van wijn en porselein - MEISSEN
De jonge flair van Dresden - NEUSTADT
Het Toscane van Duitsland - ELBSANDSTEINGEBIRGE
Dino’s in het bos - SAURIERPARK KLEINWELKA
Van de ondergang gered - BAUTZEN
Een web van gewelven. Als Japanse siervouwkunst, sierlijk en schijnbaar gewichtsloos
Sinds de val van de Muur floreren er antiek- en brocantewinkels, die ogen alsof ze al honderden jaren bestaan
Als je de ranke populieren aanziet voor cypressen doet het Elbsandsteingebirge aan Toscane denken
Franz Gruß gaf zijn baan op en wijdde zich volledig aan het herscheppen van de oertijd
Zo ontstond achter het IJzeren Gordijn een dinosauriërpark dat zijn weerga niet kende, terwijl in Amerika de dino-rage nog moest beginnen
Zonder de Wende had historisch Bautzen het jaar 2000 niet gehaald
Neem de bewoners de te zoete geveltinten eens kwalijk. Voorheen bestond er maar één kleur: donkerbruin
Twee weken lang steeg hete stoom door het onvervangbare vastendoek en loste eeuwenoude verfstoffen op